Rockanje in oorlogstijd

2018 Toespraak Dodenherdenking 2018 op Maria Rust

Archief
2018 Toespraak Dodenherdenking 2018 op Maria Rust

Mijn naam is Hugo Noordermeer. Mijn vader en moeder hadden een gemengd bedrijf, boerderij Steur aan de Blindeweg, hier in Rockanje. Schuin tegenover ons woonde het gezin van Jan Hoogvliet. Dat waren voor ons geen gewone buren. Jan Hoogvliet was namelijk mijn opa. Zijn zoon en dochter waren oom Hugo en tante Jaapje.

Jan Hoogvliet werd samen met zijn zoon Hugo op 21 december 1944 in de tuin bij hun huis gefusilleerd. Zij hadden een Engelse piloot in huis genomen. Dat werd verraden en dat moesten zij met de dood bekopen. Tijdens de herdenking van 2017 heeft mijn nicht Marjanne Haitsma, dochter van tante Jaapje, verteld over de gevangenneming van haar moeder en de fusillade. Direct na de fusillade werd hun huis in brand gestoken.
Ten tijde van deze verschrikkelijke gebeurtenis, die dus aan de overkant van het weggetje waaraan wij woonden plaatsvond, was ik 6 jaar.

       
                        Jan Hoogvliet                                                   Hugo Hoogvliet                                           Jaapje Hoogvliet
 
Een mens vergeet heel veel dingen in zijn leven. Maar er zijn gebeurtenissen die je nooit vergeet, waar je van tijd tot tijd weer aan moet terugdenken. De fusillade is voor mij zo’n gebeurtenis, alhoewel ik die niet bewust heb meegemaakt. Ik herinner me alleen dat ik niet meer over de weg langs het afgebrande huis van opa naar school durfde, maar de route via de tuin van buurman Dirk Rietdijk nam. Dus eigenlijk heb ik geen herinneringen aan de avond van de fusillade. Wat echter wel in mijn ziel gekerfd staat, is het verdriet in ons gezin en onze familie. En zelf werd je daardoor ook zo verdrietig. Er was iets fundamenteels anders geworden aan de Blindeweg. Met de jaren verdween dat verdriet niet. Het bleef! Werd wellicht nog intenser.
Ik zie nog altijd mijn vader stiller en stiller worden bij het naderen van de meidagen.

Bij een herdenking als deze gaan mijn gedachten dus altijd naar de fusillade aan de Blindeweg. Wij allen staan hier met emoties en gedachten. Die zullen van elkaar verschillen. Immers, de littekens die de oorlog achterliet, zijn zeer divers.

Zo zullen verschillenden van u denken aan de fusillades. Tijdens de bezetting werden meer dan 2500 landgenoten door een executiepeloton om het leven gebracht. In Rockanje vonden zo acht personen de dood. Vijf Rockanjenaren: Willem de Waal, Cornelis Langendoen, Johannes Groeneveld, Jan en Hugo Hoogvliet. Hun namen staan vermeld op het monument hier op de begraafplaats. De andere drie: Jan van der Zee en zijn zonen Willem en Henk, staan vermeld op het oorlogsmonument ter nagedachtenis aan hen die vielen in Zwartewaal.

   
              Grafmonument op Maria Rust                                                  Monument te Zwartewaal

De ontsteltenis, het verdriet en de machteloze woede die deze gebeurtenissen teweegbrachten in de betrokken families en onder de Rockanjese bevolking was natuurlijk groot. Rockanje was een kleine gemeenschap, veel kleiner dan nu. Alhoewel het moeilijk blijft om in het gelukkige Nederland van nu je voor te stellen hoe het is om te leven in een sfeer van onzekerheid, angst, geruchten, intimidatie en verdraaiing van feiten door Duitse propaganda in pers en radio.

‘Nooit heb ik wat ons werd ontnomen / Zo bitter, bitter liefgehad’, zei de dichteres Ida Gerhardt.

Bij anderen van u zullen de gedachten uitgaan naar andere dramatische gebeurtenissen in Rockanje of elders. De gedenkplaat in het gemeentehuis vermeldt vijftien namen van gevallenen in de periode 1940-1945. Tien slachtoffers van die vijftien waren jonger dan 30 jaar. Ik noem alleen de jongsten, 14 jaar waren ze: Maaike van Rietschoten en Maria Stolk. Kinderen die nietsvermoedend naar school gingen en het leven lieten toen de bommen op de meisjesvakschool in Brielle vielen. Twee van de vele burgers die toevallig door oorlogsgeweld werden getroffen.

Het is goed om hier bij elkaar te zijn om hen te gedenken die hun leven verloren. Mensen van het verzet, in de kampen, van de Nederlandse Strijdkrachten, op zee, overzee, die omkwamen in de Hongerwinter of anderszins.

Het is goed om hier bij elkaar te zijn om het gedenken levend te houden en te vertellen wat er is gebeurd aan onze kinderen en kleinkinderen en hen te stimuleren het te blijven doorvertellen.

Het is goed om hier bij elkaar te zijn en te getuigen dat we geloven in een democratische rechtsstaat; en dat we nee zeggen tegen het fascisme met zijn ultranationalistische, autoritaire, onverdraagzame en liefdeloze beginselen.

Oorlogen met hun verschrikkingen zullen er altijd wel blijven, maar laten we nooit, nooit de hoop verliezen dat uiteindelijk de zachte krachten zullen overwinnen. Omdat we weten dat de wonden van de oorlog nog generaties zullen blijven schrijnen. Daarom wil ik eindigen met de laatste vier regels van het gedicht ‘Vrede’ van Leo Vroman:

Kom vanavond met verhalen
dat de oorlog is verdwenen
en herhaal ze honderd malen
Alle malen zal ik wenen

 
Hugo Noordermeer

E A F B G G C D