Archief

2016 Toespraak Dodenherdenking 2016 op Maria Rust

Archief
2016 Toespraak Dodenherdenking 2016 op Maria Rust


Op 4 mei 2016 sprak Hendrik (Henk) Langendoen op Maria Rust:

Geachte aanwezigen,                                                                        

Op verzoek van het Comité Dodenherdenking 1940-1945 Rockanje, volgt hier een terugblik hoe wij in ons gezin in december 1944, vandaag precies 71,5 jaar geleden, beleefden dat mijn 52-jarige vader, Cornelis Langendoen, door Duitse soldaten werd aangehouden, afgevoerd en geëxecuteerd.

Vader, moeder en drie kinderen van 20, 15 en 7 jaar. De zevenjarige – inmiddels 78 – kijkt U nu in de ogen. Mijn vader, een kleine zelfstandige met hypotheek maar arbeidzaam, voerde een gemengd bedrijf: hij had een aantal melkkoeien, twee druivenkassen, groente en fruit, en enig bouw- en weiland. Ondanks de bezetting, die al 4,5 jaar gaande was, leidden we een nogal redelijk rustig bestaan aan de Rietdijk, op de grens van Oostvoorne en Rockanje.

Daar kwam plotseling verandering in toen we op verzoek van de ondergrondse inmiddels onderdak gaven aan een onderduiker. Achteraf gezien bleek dat niemand minder dan een gedeserteerde SS’er !!

Begin van de maand december 1944 verschenen onverwachts Duitse soldaten en zij arresteerden mijn vader en mijn twintigjarige zuster. Mijn moeder was geheel van streek en ze wist niet hoe ze het had. Ze was zich van geen kwaad bewust, maar gezien de alles overrompelende gang van zaken, was ze wel heel erg geschrokken. Ze zorgde met mijn broer voor het gezin en zij verzorgden ook het vee. Ik werd als zevenjarig jochie snel bij een oom en tante op Oostvoorne gebracht. Mijn zus werd korte tijd later op vrije voeten gesteld en zij betekende een grote steun voor mijn moeder en voor ons als kinderen.

Opnieuw werden we die dag opgeschrikt, toen bekend werd dat vrachtrijder en agrariër Johannes Groeneveld, 33 jaar en wonend aan de Lodderlandsedijk, was gearresteerd en ook in Brielle was vastgezet. Tevens dat gemeentesecretaris Willem de Waal, 45 jaar, ook in verzekerde bewaring zat. Hij woonde met zijn gezin in het centrum van Rockanje.
Schuldloos en zonder inachtneming van enige rechtsgang.

De dagen voorafgaand aan 6 december 1944 kropen om en iedereen maakte zich grote zorgen. Het werd in toenemende mate erg duister ingezien en die gedachten werden bewaarheid.

De drie genoemde mannen werden op 6 december 1944 gefusilleerd in de duinen, hier in Rockanje. Drie zware mokerslagen in de gezinnen waaruit de mannen afkomstig waren. Ook bij de familie en de sociale omgeving kwam het gebeuren hard aan en werd er medeleven betoond.

En of dat niet genoeg was: dezelfde dag verschenen de Duitse soldaten opnieuw bij de woningen van mijn ouders en bij mevrouw Groeneveld en haar zoon Jan (vanavond hier aanwezig).

Pakken stro werden als de weerlicht in de woningen verspreid, om de huizen te laten afbranden. Huilend liep mijn moeder de soldaten tegemoet om de koeien, die op stal stonden, te redden: ‘Help toch, help toch...... dat arme vee.’ Mijn zus, mijn broer, nu 86 en ook hier aanwezig, en mijn moeder gristen hier en daar wat kostbaarheden bij elkaar en zij konden de koeien en het kleinvee nog redden. Een hoeveelheid minuten later sloeg de brand uit en korte tijd later lag de boel in de as. Op dezelfde wijze verging het de woning van mevrouw Groeneveld.

Enkele dagen later vond de begrafenis van de drie overledenen plaats. De regie daarvan was geheel in handen van de bezetter. Mijn moeder, mijn zus en mijn broer werden met paard en wagen tot aan Vredeheim gereden. Daar was een zogenaamde tankval (een gat in de weg om te verhinderen dat de geallieerden met hun eventuele gevechtsvoertuigen doorgang verkregen). Zij moesten te voet naar de begraafplaats lopen. Niemand anders werd toegelaten. Op aanwijzing van de Duitsers moesten de lichamen worden begraven in een niet-onderhouden, geheel verruwd gedeelte van de begraafplaats. Aan deze eis hing een soort minachting.

Het verlies van mijn vader, de liefhebbende echtgenoot, de broer van zeven anderen en de zoon van de tachtigjarige (groot)vader, kwam hard aan. Er was diepe rouw om zoveel leed.

Het leed op dat moment was inderdaad hard; het leed op termijn bleef, tot op de huidige dag.

Wij gedenken hier met z’n allen deze drie mensen. We staan ook stil bij andere inwoners van Rockanje die door de bezetter om het leven zijn gebracht of die door oorlogshandelingen om het leven kwamen.

Wij realiseren ons ook dat velen hier en in het buitenland, rechteloos de dood werden ingejaagd.

Daarom is herdenken een waardevolle inspanning, opdat wij altijd groot en klein geweld zullen verwerpen; en met elkaar in gesprek blijven, in plaats van de wapens ter hand te nemen.
 

Ik dank U voor Uw aandacht.  

Henk Langendoen                                                                Leiderdorp-Rockanje,  4 mei 2016

E A F B G G C D